Belgische officiële ontwikkelingshulp licht hoger in 2014
UNHCR-vluchtelingenkamp Mugunga (Goma)De Belgische officiële ontwikkelingshulp (ODA) is vorig jaar met 3,3% gestegen tegenover 2013 en bedroeg in totaal 2.385 mio USD. In functie van het Belgische BBP is er sprake van een status quo: 0,45% in 2014, net als in 2013. De Belgische officiële ontwikkelingshulp situeert zich daarmee boven het Europees gemiddelde van 0,42%. Dat blijkt uit gegevens die het Development Assistance Committee (DAC) van de OESO vandaag publiceert.
België stijgt hiermee van de 10de naar de 9de plaats (officiële ontwikkelingshulp als percentage van het BBP), in absolute bedragen handhaaft België zich als de 14de bilaterale donor. Naast België stijgt de officiële ontwikkelingshulp bij nog 12 andere bilaterale donoren die lid zijn van ODA-DAC, bij 15 landen is er sprake van een daling.
Wereldwijd kende de officiële ontwikkelingshulp in 2014 in nominatieve termen zo goed als een status quo: 135,2 mia USD in 2014 tegenover 135,1 mia USD in 2013. Daarbij zet zich evenwel een verontrustende trend verder: de officiële ontwikkelingshulp naar de minst ontwikkelde daalde vorig jaar met 16%, de officiële ontwikkelingshulp naar Sub-Saharaans Afrika daalde met 5%. De Belgische bilaterale hulp aan de minst ontwikkelde landen en aan Sub-Sahara-Afrika staat haaks op die trend en steeg het afgelopen jaar lichtjes.
Vicepremier en minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo wil de volgende jaren met de Belgische ontwikkelingssamenwerking sterker focussen op de minst ontwikkelde landen en op Sub-Saharaans Afrika. Deze landen zijn veel meer afhankelijk van officiële ontwikkelingshulp en kunnen, in tegenstelling tot heel wat middeninkomenslanden, voor hun ontwikkeling veel minder aanspraak maken op andere financieringsbronnen die de voorbije jaren sterk gestegen zijn, zoals remittances of Foreign Direct Investment (FDI).
