België steunt wereldwijde alliantie tegen dodelijke infectieziektes

België treedt toe tot de Coalition for Epidemic Preparedness Innovations (CEPI). Dat is een wereldwijde alliantie die de strijd tegen dodelijke infectieziektes de volgende jaren wil opvoeren. De Belg Peter Piot, directeur van de London School of Hygiene & Tropical Medicine is één van de stuwende krachten achter het initiatief. Vicepremier en minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo maakt dit jaar een half miljoen euro vrij voor het nieuwe fonds.
De uitbraak van ebola en SARS de voorbije jaren hebben duidelijk gemaakt dat een nieuwe internationale aanpak in de strijd tegen dodelijke infectieziekten nodig is. Alleen al de uitbraak van ebola in West-Afrika maakte 11.000 dodelijke slachtoffers en betekende voor de getroffen landen een economisch verlies van meer dan 2 miljard dollar.
Om pandemieën van dodelijke infectieziekten in de toekomst sneller in te dijken, is het belangrijk dat er sneller nieuwe vaccins beschikbaar komen. Volgens een rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie zijn er vandaag te weinig vaccins in ontwikkeling. Om onderzoek en ontwikkeling te versnellen is volgens de WHO een multilateraal publiek-privaat partnerschap het meest efficiënt.
Sneller nieuwe vaccins
Eind januari werd tijdens het World Economic Forum in in Davos daarom de Coalition for Epidemic Preparedness Innovations (CEPI) gelanceerd door stichtende leden Noorwegen, Japan, the Welcome Trust, de Bill & Melinda Gates Foundation en het World Economic Forum. CEPI stelt zich tot doel nieuwe vaccins voor opkomende infectieziektes vlotter beschikbaar te maken en zo het risico op toekomstige pandemieën in te perken.
De regeringen van Duitsland, Japan en Noorwegen voorzien samen met de Bill & Melinda Gates Foundation, the Welcome Trust en belangrijke privépartners een initiële financiering van 460 miljoen dollar. Het beoogde doel is één miljard dollar samen te brengen. Daarmee wordt in de periode 2017-2021 de ontwikkeling mogelijk van vier tot zes vaccins voor drie prioritaire infectieziekten: het MERS-coronavirus (Middle East Respiratory syndrome), Lassakoorts (West-Afrika) en het Nipah virus (Bangladesh).
Belgische steun
Vicepremier en minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo heeft beslist om namens België het initiatief te steunen. Dit jaar wordt hiervoor een half miljoen euro vrijgemaakt in de vorm van een directe bijdrage aan het vaccinatiefonds.
Alexander De Croo: “Ons land heeft een sterk trackrecord op het vlak van het bestrijden van tropische ziekten. Dat blijkt ook nu weer uit de rol die vooraanstaande Belgen als professor Piot en dokter Paul Stoffels spelen in het nieuwe vaccinatiefonds. België wil hun belangrijke werk mee ondersteunen. Dodelijke epidemies zijn één van de belangrijkste wereldwijde bedreigingen. Dat bleek twee jaar geleden tijdens de ebola-epidemie. Door mee te investeren in de ontwikkeling van nieuwe en noodzakelijke vaccins redden we duizenden levens.”
Minst ontwikkelde landen
De instap in het vaccinatiefonds sluit aan bij de inspanningen van België tijdens de ebola-epidemie in West-Afrika. De bijdrage spoort ook met het belang dat België in zijn ontwikkelingsbeleid geeft aan de minst ontwikkelde landen. In de allerarmste landen zijn de risico’s op epidemieën het grootst en is de mate van paraatheid het laagst. De dodelijke infectieziekten zijn ook vaker in de allerarmste landen terug te vinden. CEPI zal erop toezien dat de vaccins die ontwikkeld worden betaalbaar blijven voor de armste landen.
Maar de meerwaarde van het vaccinatiefonds beperkt zich niet tot de minst ontwikkelde landen. Epidemieën kosten de wereld jaarlijks naar schatting bijna 60 miljoen euro. In een wereld van toenemende mobiliteit, grotere verstedelijking en ecologische verandering vergroot het risico op wereldwijde pandemieën.
Belgen spelen centrale rol
Professor Peter Piot, directeur van de London School of Hygiene & Tropical Medicine, is één van de stuwende krachten achter het nieuwe vaccinatiefonds. Hij zetelt in de interim Raad van Bestuur die tot eind dit jaar de activiteiten van de alliantie overziet. Ook Paul Stoffels, Chief Scientific Officer van Johnson & Johnson, speelt een belangrijke rol.
De interventies van CEPI zijn erop gericht ‘kandidaat vaccins’ te identificeren en de ontwikkeling van deze vaccins te versnellen en te stroomlijnen. Voor het op de markt brengen van een vaccin worden grosso modo 4 stadia doorlopen: (1) basisonderzoek en ontdekking; (2) ontwikkeling van het vaccin en aanvraag van een vergunning; (3) productie van het vaccin op schaal; (4) levering en aanleg van voorraad. CEPI ziet voor zichzelf vooral in fase 2 van het proces een rol als coördinator en investeerder weggelegd.
Het is de bedoeling de kosten gemaakt door de ontwikkelaars van vaccins worden terugbetaald. Het is niet de verwachting dat de ontwikkeling van vaccins een winstgevende activiteit wordt. Indien dit toch het geval zou zijn dienen de winsten met het vaccinatiefonds te worden gedeeld, via royalty’s en andere mechanismen.